Open brief aan Tweede Kamer

Nieuws /

Open brief aan Tweede Kamer woordvoerders Belastingen en Preventie

Belastingplan 2023: Uitstel om wel gezondheidsdoelen te dienen.  

Beste woordvoerders,

Dinsdag 8 en woensdag 9 november behandelt uw Kamer het Belastingplan 2023. Onderdeel van dit Belastingplan is een forse verhoging van de verbruiksbelasting op alcoholvrije dranken per 1 januari 2023. De frisse drankensector heeft er om diverse redenen steeds op aangedrongen deze verhoging uit te stellen tot 1 januari 2024 en deze tijd te gebruiken om te komen tot een frisdrankenbelasting waarmee wel gezondheidsdoelen worden gediend. Deze aanpak voorkomt jojobeleid van de overheid. Wij zijn verheugd dat de staatssecretaris in zijn brief van 3 november aangeeft dat het wel degelijk mogelijk is om de verhoging van de verbruiksbelasting per 1 januari 2023 niet door te laten gaan en dat het inzicht er is dat het extra belasten van waters geen enkele logica kent. Het uitstellen met een jaar van de aanpassing van de verbruiksbelasting juichen we zeer toe en biedt wat ons betreft de benodigde tijd om tot een goede uitwerking van een 'slimme’ taks te komen.

We hopen dat de Kamer met steun van uw fractie deze mogelijkheid benut zodat de wet zo ingericht kan worden dat wel preventiedoelen worden gediend.

Uitstel goed gebruiken

Naar onze mening dient het jaar uitstel daarom gebruikt worden voor het invoeren van een frisdrankenbelasting met gedifferentieerde tarieven, zoals men bijvoorbeeld al kent in het Verenigd Koninkrijk en die daar bewezen succesvol is. Wij denken dat dit per 1 januari 2024 mogelijk is. Een dergelijke ‘slimme’ belasting draagt wel bij aan de gezondheidsdoelen die u en wij willen bereiken. Deze belasting moet van toepassing zijn op frisdranken die suikers bevatten, maar ook op andere suikerhoudende dranken zoals diverse melkproducten. Het verbreden van deze belasting is in lijn met eerdere uitlatingen daarover van de staatssecretaris van VWS. Deze verbreding van de grondslag draagt ook bij aan de compensatie van de budgettaire derving in 2023 .

Compensatie door verbreding

Wij realiseren ons dat een jaar uitstel een budgettaire derving van € 300 mln. tot gevolg heeft. De staatssecretaris beschrijft in zijn brief een alternatief scenario voor de dekking daarvan. In dit scenario wordt de derving in 2023 goedgemaakt door een extra verhoging met € 75 mln. in de periode 2024-2027. U zult begrijpen dat wij het zoeken van dekking middels een nóg hoger tarief op frisdranken geen goed voorstel vinden en wel om de volgende redenen:

  • De verhoging van de verbruiksbelasting leidt, als deze wordt doorberekend, al tot een forse prijsverhoging voor consumenten met impact op koopkracht en inflatie.
  • Ondanks dat mineraalwaters worden uitgezonderd, dient de verhoging nog steeds in onvoldoende mate gezondheidsdoelen. Deze verhoging leidt immers ook tot hogere prijzen  voor alternatieven die minder tot geen suikers bevatten. Een ongenuanceerde verhoging van de prijzen van alle frisdranken zal niet bijdragen aan het stimuleren van andere keuzes door consumenten.
     
  • De sector wordt geconfronteerd met hogere en onnodige administratieve lasten en zo mogelijk met nog hogere kosten als deze belastingverhoging niet kan worden doorbelast in de consumentenprijs, hetgeen in deze tijd van voortdurend stijgende inflatie wel eens realiteit kan worden.

Overigens is van de zijde van het kabinet steeds betoogd dat het niet mogelijk is om mineraalwaters al per 1 januari 2023 uit te zonderen van de verhoging van de verbruiksbelasting. Wij hebben fiscale specialisten hiernaar gevraagd en van hun zijde wordt dit bestreden. Zij concluderen dat het wel degelijk mogelijk is om door middel van regulering door het bedrijfsleven en via vrijstelling en teruggave te komen tot een uitzondering voor mineraalwaters; via dezelfde weg is het ook mogelijk de verbruiksbelasting te laten gelden voor melkproducten met suiker.

Frisse blik

Onze voorkeur gaat echter uit naar het uitstel zoals nu door de staatsecretaris is beschreven, in combinatie met het zo snel mogelijk invoeren van een gedifferentieerde drankenbelasting op basis van suikergehalte. Die zou moeten gelden voor alle suikerhoudende dranken, inclusief zuivelproducten, als tussenstap op weg naar de invoering van een brede suikerbelasting.

Wij hopen dat u met inachtneming van het bovenstaande nog eens met een frisse blik naar het Belastingplan 2023 wilt kijken.

Met vriendelijke groet,

 

Taco Juriaanse,
directeur FWS